Van de negatieve rentes en de Brexit tot de Fed – beleggers hebben het er de laatste tijd maar druk mee. Misschien is het tijd om eens de blik te richten op de lange termijn: de afgelopen jaren hebben opkomende markten positieve, fundamentele veranderingen ondergaan die de waarde van deze beleggingsklasse waarschijnlijk zullen opkrikken.

Voor de duidelijkheid: opkomende markten vormen een heterogene beleggingscategorie. Elk land heeft een ander verhaal. Ook is de overgang binnen opkomende economieën nog niet voltooid. Maar groeilanden worden wel steeds aantrekkelijker, vooral als je ze vergelijkt met veel ontwikkelde economieën en markten.

Om te beginnen is er sprake van meer structurele hervormingen en een minder populistisch beleid in een aantal opkomende markten. In veel ontwikkelde economieën is het populisme net aan een opmars bezig. Zowel in Argentinië als Brazilië is er onlangs een nieuwe regering aangetreden die marktgerichte veranderingen lijkt te beloven. Daarnaast heeft India begin augustus een grote stap gezet naar belangrijke hervormingen van het belastingstelsel. Een beter beleid en bestuur zijn een belangrijke voorwaarde voor het verlagen van de risicopremie op beleggingen in opkomende markten.

Deze structurele hervormingen zijn enorm belangrijk. De afgelopen vier jaar heb ik – en met mij vele anderen – vanuit fundamenteel oogpunt niet veel waarde gezien in groeilanden. In ons stuk “The Broken EM Growth Model” uit 2012 schreven Manoj Pradhan en ik: “Een fundamenteel probleem komt nu bovendrijven: Het traditionele groeimodel voor opkomende markten klopt niet meer en de overgang naar een nieuw model – een nieuwe balans voor opkomende economieën – gaat nog nergens heen.

[…] Voor een geslaagde switch naar een nieuw groeimodel zijn grote structurele hervormingen nodig.”
Betere omstandigheden

Na het onofficiële valuta-akkoord in februari in Sjanghai kwam de rally van de Amerikaanse dollar ten einde. Daarnaast stabiliseerden de grondstoffenprijzen. De externe omstandigheden zijn dus minder vijandig geworden voor opkomende markten, waardoor centrale banken konden versoepelen. Dit is een goed teken van herstel, vooral voor landen die een recessie doormaken, zoals Brazilië en Rusland.

Terwijl ontwikkelde markten vrezen voor een uitputting van het monetair beleid, hebben de centrale banken van opkomende markten nog genoeg ruimte om te versoepelen als dat nodig mocht zijn. Want de inflatie blijft achter of is al over het hoogtepunt heen en neemt zelfs af.

Tot slot zijn risicovolle beleggingen in ontwikkelde markten duur. Ook hebben beleggers inmiddels door dat ze in die markten te maken hebben met lage rentes, Dit wijst erop dat groeilanden het sprintje dat zij eerder dit jaar hebben ingezet, nog wel even kunnen volhouden.